Wat kan je eten als nagerecht met diabetes type 2?
Toetjes, daarmee kun je eindeloos variëren. Vla, yoghurt, fruit, noem maar op, er is enorm veel keuze in de winkels. Mensen met diabetes krijgen soms het advies dat het beter is om geen toetje te nemen. Toch zijn er desserts die prima in een gezond voedingspatroon voor diabetici passen, zolang er wel op verschillende belangrijke zaken gelet wordt. Wat je bijvoorbeeld kunt doen is suikers vervangen door laagcalorische zoetstoffen. Ook een goede tip is om de porties niet te groot te maken, zodat je ook nooit teveel suiker binnen krijgt. Hieronder staat alles voor je op een rij.
Belangrijkste punten voor een gezond dessert
- Zorg voor een lage tot matige caloriewaarde per portie.
- Kies voor een dessert dat rijk is aan nutriënten (vitaminen, mineralen, etc.).
- Neem producten waarbij de bron van eiwitten zuivelproducten zijn.
- Neem producten die rijk zijn aan vezels.
Wat kun je beter niet nemen als nagerecht?
Als diabetes type 2 patiënt moet je alert zijn op welke toetjes je koopt. Let bijvoorbeeld op de hoeveelheid suiker die er in verschillende toetjes zit, dit is belangrijk omdat je niet wilt dat je bloedsuikerspiegel flink gaat stijgen zodat je een hyper kunt voorkomen.Vaak zijn kant en klaar toetjes de toetjes die de meeste suikers bevatten. Ook toetjes die over het algemeen bekend staan als ‘gezond’ of ‘verantwoord’ vallen vaak onder deze categorie. Hierbij kun je denken aan vruchtenkwark en -yoghurt. Maar ook in toetjes waar je bijvoorbeeld Smarties of andere dingen aan kunt toevoegen zitten erg veel suikers. Het is niet erg om af en toe een zoet toetje te eten. Een enkele keer een ijsje of een ander toetje met suiker nemen kan best, maar ben je er wel van bewust dat daarin vaak veel toegevoegde suikers zitten.Gezonde toetjes
IJsjes van OppoAanbevelingen voor een toetje
- Gebruik kleine bordjes, schaaltjes of zelfs glaasjes, zo heb je meer controle over de grootte van de porties.
- Versier je dessert met vers fruit of gebruik noten.
- Eet je toetje vlak na het eten en niet tussen de maaltijd door.
- Kies als hoofdingrediënt producten zoals volkorengranen, zaden, fruit of magere zuivelproducten.